Zo zijn onze manieren, manieren…
Het ABP, wat moet je ermee? Het zal u niet onbekend zijn dat we ons als NBP ernstige zorgen maken over het ABP. Onze kritiek is fundamenteel, en wordt maatschappelijk gelukkig steeds breder gedragen. Steeds meer is het ABP bezig met het voeren van achterhoedegevechten, al beseft men het zelf nog niet. Laten we ter verhoging van de druk weer eens een aantal van onze bezwaren de revue laten passeren.
Helaas moeten we allereerst concluderen dat de oudedagsvoorziening van de deelnemers in het ABP, die verplicht zijn maandelijks aan het fonds af te dragen of gepensioneerd zijn, gekaapt is door een heilloze coalitie van vakbonden en werkgevers. Zij beslissen over de premies, zij beslissen over hoe uw kostbare centjes op ondoorzichtige wijze belegd worden, zij beslissen over uw indexatie. U heeft daar helemaal niets over te zeggen. En dat wil het ABP bestuur graag zo houden. Tot elke prijs. Alles gebeurt immers op uw kosten, en niets werkt zo verslavend als macht. Zeker als er nog een mooi salaris bij hoort ook.
Vergeleken met de andere grote Nederlandse pensioenfondsen presteert het ABP zeer matig, met een gênante plek in de achterhoede. Bij Kassa op 7 november 2009 heeft u kunnen zien wat de herstelplannen van het ABP met name voor gepensioneerden betekenen. Hoewel onze berekeningen ruim voor de uitzending aan het ABP zijn toegestuurd en het ABP heeft aangegeven dat onze becijfering correct is, verscheen toch vice-voorzitter Xander den Uyl op de buis om het volk te melden dat de berekeningen van het zwartste scenario uitgingen en dat men het als ABP fantastisch deed. Laten we nog maar eens benadrukken dat het om de eigen cijfers van het ABP ging die als uitgangspunt gebruikt zijn. De oogkleppen van de macht, het negeren van de feiten, het misleiden van de kijkers. Maar wie gelooft tegenwoordig de ABP bestuurders nog?
De bestuurscultuur bij het ABP is er één uit een voorbije periode. Bestuursleden worden niet gekozen, maar op uiterst ondoorzichtige wijze naar voren geschoven waarbij relevante capaciteiten, als ze al aanwezig zijn, op effectieve wijze verborgen worden gehouden. Het gaat om parttime bestuurders die naar de maatstaven van de gemiddelde werkende of gepensioneerde excessief betaald worden. Een anachronisme van de eerste orde, dat alleen via een keiharde publicitaire campagne aangepakt en veranderd kan worden. Want geloof maar niet dat het ABP bestuur ooit vrijwillig zijn riante machtspositie ter discussie zal stellen.
Over die bestuurssamenstelling valt op zichzelf al veel te zeggen. Het old-boys-network etaleert hier ten overvloede dat het hebben van kennissen veel belangrijker is dan kennis. Brinkman, Borghouts, Nijpels, Borghouts opnieuw….Maar gelukkig worden nu toch in de Tweede Kamer de juiste vragen gesteld en door een meerderheid de juiste conclusies getrokken. Eindelijk ligt dit soort figuren nu onder vuur. Je zou haast gaan terugverlangen naar de klassieke dorpse aanpak waarbij dit soort lieden overgoten met pek en veren over de gemeentegrens wordt gezet. De woede onder gepensioneerden is er groot genoeg voor.
Tja, en dan de indexatie… In Kassa heeft u kunnen zien wat de lange termijn vooruitzichten bij het ABP voor gepensioneerden zijn. Daar word je niet vrolijk van. En zeer onlangs heeft het ABP de jaarlijkse indexatiebeslissing genomen. Dat komt voor 2009 neer op 0,45 %, waarvan 0,28% structureel en 0,17 % incidenteel. In het licht van de loonontwikkeling van 2,20% is dit natuurlijk een schijntje. Overigens staan bij een dekkingsgraad van 105 de eigen regels die het ABP jarenlang gehanteerd hebben niet toe dat er sowieso over 2009 indexatie zou worden uitgekeerd. Waarom doet het ABP dan toch een poging, zij het van een grote bescheidenheid? De reden is duidelijk. Doordat men heeft besloten, ongetwijfeld onder druk van de overheid als werkgever, de pensioenpremies toch maar niet te verhogen, en gezien alle negatieve publiciteit die het ABP over zichzelf heeft afgeroepen, werd een klein pr gebaar nodig geacht om iets van de heersende ontevredenheid, met name onder gepensioneerden, te sussen.
Hoe verhoudt nu deze indexatie over 2009 zich met de werkelijkheid van de laatste jaren? Zoals u weet is het de missie van het ABP om met de pensioenen de loonontwikkeling in de sector te volgen. De partijen in het ABP bestuur hebben jarenlang gekozen voor een ontoereikende premieheffing. Om toch deze missie te vervullen, wordt er al jaren een uiterst risicovol beleggingsbeleid gevoerd. De gevolgen kent u. In de volgende tabel geven wij aan wat de loonontwikkeling sinds 2004 is geweest, en welk deel er via indexatiebetaling gecompenseerd is. We komen tot de voor velen schrikbarende conclusie dat gepensioneerden cumulatief ruim 16% van een jaarpensioen, dus ongeveer twee maanden pensioenbetaling, nooit ontvangen hebben. Dat is andere koek dan een zoethoudertje van 0,45%. Let wel, deze getallen worden door het ABP niet bestreden.
Het ABP misleidt regelmatig zijn deelnemers, en doet dat waarschijnlijk bewust. Misleiding betekent dat alleen die gegevens die een vooropgezet belang dienen naar buiten gebracht worden, terwijl andere even relevante informatie verzwegen wordt. Dat is precies wat er bij het ABP gebeurt. In een reactie op Kassa op de ABP website glorieert Xander den Uyl in het feit dat er in 2007 inhaalindexatie betaald is. Dat is correct, maar wat hij niet noemt zijn de jaren waarin dat niet gebeurd is. Kennelijk vindt het ABP het niet opportuun die informatie helder naar buiten te brengen. U snapt nu waarom: uit bovenstaande tabel ziet u wat de werkelijke situatie is. En dat is toch een ander verhaal dan het zonnige maar in essentie onjuiste beeld dat onze Xander graag ophangt. ‘An inconvenient truth’, om met Al Gore te spreken.
Tenslotte de medezeggenschap. Of wat daar voor doorgaat bij het ABP. Het ABP kent een deelnemersraad (DNR) met totaal 36 leden. De grootste fractie is die van de ACOP, zeg maar FNV, met 18 leden. Daarna, de CCOOP met 8 leden, het Ambtenarencentrum met 4, de CMHF met 4, en de NVOG met 2 leden. Al deze mensen (behalve de NVOG-leden) worden benoemd met last en ruggespraak door dezelfde vakbonden die ook de bestuursleden benoemen. Dat zijn dus 34 leden van de 36 van de deelnemersraad, die niet geacht worden daar hun eigen mening te uiten. Met andere woorden, zelfstandig denken wordt niet op prijs gesteld en komt ook zelden voor. Ook de rechten van de DNR zijn minimaal, men mag wat betekenisloze adviezen uitbrengen waar het bestuur naar eigen goeddunken mee omspringt. Is de DNR een nuttig orgaan? Nauwelijks. De deelnemersraad is in feite een marionettentheater waarbij Xander den Uyl en de zijnen ijverig aan de touwtjes trekken.
De kosten van dit circus, uiteraard weer opgebracht door de verplichte deelnemers, zijn hoog, en de effectiviteit is gering. Kort samengevat is er sprake van een intellectuele woestijn waar onderdanigheid aan het ABP bestuur, het verstrekken van krachteloze bureaucratische adviezen, het ontbreken van maatschappelijk besef en een griezelige vestingmentaliteit om de voorrang strijden. De enige gunstige uitzondering op dit sombere beeld wordt gevormd door de twee vertegenwoordigers van de NVOG, die daar wel als onafhankelijk denkende, kritische deelnemers zitten.
De positiebepaling van de DNR wil ik u niet onthouden. Het feit dat het ABP twee pensioenclowns in de gelederen heeft opgenomen, brengt bepaald geen stralende lach op de gezichten van de gepensioneerden te weeg. Men hoeft de media maar te volgen om te weten dat de aanstellingen van Borghouts, de Heintje Davids van het ABP, en Nijpels ongelooflijk veel kwaad bloed gezet hebben bij de grote meerderheid van de Nederlanders, en het toch al tanende vertrouwen in het ABP verder ondermijnd hebben. Met dat soort overwegingen hoef je bij de DNR niet aan te komen. Van de DNR heeft 94,4 % van de leden geen aanleiding gezien zich te verzetten tegen de benoemingen van beide functionarissen. Dat feit alleen al is het beste bewijs dat er iets grondig mis is met de representativiteit van deze club. Normaliter moet je voor dit soort uitslagen afreizen naar medezeggenschapsparadijzen als Iran, China of Zimbabwe. Het ontbrekende percentage? U raadt het goed, dat waren de NVOG vertegenwoordigers.
Hoe moet nu de conclusie luiden over het functioneren van het ABP? Niet voor niets kan men in kringen van gepensioneerden regelmatig de term Algemeen Blunderend Pensioenfonds beluisteren. Dat is een ander verhaal dan de term Ons ABP die het bestuur graag hanteert. Want er is, behalve ons uitgestelde loon, niets van ons bij. Dat is verontrustend. Nog veel verontrustender is dat, ondanks de crisis, ondanks de publieke opinie, ondanks het geslonken vertrouwen onder alle categorieën deelnemers, het staren naar de eigen navel voor ABP bestuurders en hun claque nog steeds topprioriteit geniet. Men heeft nog steeds niets geleerd.