Senator Kees de Lange neemt definitief afscheid van de OSF
Op 1 mei 2015 heeft ondergetekende definitief afscheid genomen van de Onafhankelijke SenaatsFractie (OSF). Met het bestuur van deze partij bestond al veel langer en in elk geval sinds februari 2014 een weinig productieve en letterlijk zeer afstandelijke verhouding. Mijn besluit van 1 mei is dan ook geen spontane emotionele oprisping, maar het gevolg van een cumulatie van onverkwikkelijke zaken. Tot de maat op 1 mei definitief vol was.
Al vanaf mijn aantreden als Senator voor de OSF in 2011 heb ik geprobeerd een aantal zaken binnen de OSF aan de orde te stellen en hopelijk te veranderen. Al snel was duidelijk dat de provinciale partijen die lid van de OSF zijn, vrijwel niets met elkaar gemeen hebben, elkaar nauwelijks kennen, geen enkele inhoudelijke binding hebben, en, enige uitzonderingen daargelaten, ook niet geïnteresseerd zijn in inhoudelijk contact met de OSF Senator. De Senator is slechts een middel om (op kosten van de belastingbetaler) zich subsidie te verwerven. In de afgelopen vier jaar ben ik een buitengewoon actief lid van de Eerste Kamer geweest. Waarschijnlijk ben ik van alle Senatoren degene die het meest aan plenaire debatten heeft deelgenomen. Het bestuur van de OSF heeft nooit enige belangstelling getoond voor de inhoudelijke standpunten die ik in die debatten heb ingenomen, ondanks het feit dat ik gedurende lange tijd nog op de dag van het debat mijn debatbijdragen aanleverde voor de OSF website.
Deze onbevredigende situatie kwam tot escalatie in februari 2014 toen het bestuur een interview met mij, gehouden op verzoek van dit bestuur zelf door een professionele journalist, weigerde te plaatsen in het OSF blad. Ik was te kritisch voor de heren. Voor wie het nog lezen wil, de link is hier. Omdat ik als politiek verantwoordelijke Senator niet kon accepteren dat ik aan censuur onderworpen werd door een bestuur dat zijn eigen competenties ver te buiten ging, heb ik vanaf die datum mijn contacten met het bestuur verbroken. Wel ben ik in gesprek gebleven met provinciale partijen die daar behoefte aan hadden. Dat waren dezelfde twee partijen waarmee ook voorheen goede contacten bestonden. De andere partijen en hun bestuurders zijn in feite al die jaren volslagen onbekenden gebleven. Waar zij politiek inhoudelijk voor staan en waarom, het is me tot op de huidige dag een raadsel gebleven.
De volgende stap in de escalatie in de onderlinge verhoudingen trad in maart 2015 op. Aanleiding was een interview dat Hendrik ten Hoeve gaf aan de Volkskant, de link ernaar is hier. Let wel, de heer Ten Hoeve liep de politiek verantwoordelijke Senator niet alleen storend voor de voeten, bovendien nam hij een wel erg merkwaardig voorschot op zijn mogelijke toekomstige verkiezing door zich ontijdig en naïef aan te bieden in een gedoogrol, en zich dus te koop en te kijk te zetten. Bedacht moet daarbij worden dat ik mij als OSF Senator jarenlang zeer consequent tegen de gedoogconstructie in ons land uitgesproken heb. Ik heb mijn mening over dit interview niet onder stoelen of banken gestoken in een opinieartikel in de Volkskrant. Lees dit opiniestuk hier.
Het laatste bedrijf vond recentelijk plaats op donderdagavond 30 april, toen ik een vertrouwelijke waarschuwing ontving dat de OSF op zaterdag 2 mei een ledenvergadering zou houden in Lunteren. Op die vergadering was door het bestuur de toetreding tot de OSF van de Volkspartij Limburg geagendeerd, het nieuwste politieke vehikel van Jos van Rey die al jaren onderwerp van onderzoek door het Openbaar Ministerie is wegens belangenverstrengeling en corruptie. Een bestuur dat met een dergelijke club in zee gaat, niet vanwege enige inhoudelijke overeenstemming, maar uitsluitend om een stem te werven voor de komende Eerste Kamerverkiezing, is slachtoffer van zijn eigen opportunisme. Bovendien kan het niet zo zijn dat men van een dergelijk voornemen de politiek verantwoordelijke Senator niet ruim vooraf verwittigd. Ik was van de vergadering niet op de hoogte en ben bovendien nooit geraadpleegd over deze kwestie. Kennelijk was het bestuur van mening dat de mening van de Senator irrelevant was. Een ernstige misvatting.
Meteen ’s ochtends op 1 mei heb ik in een brief aan de voorzitter van de Eerste Kamer gemeld dat ik besloten had mijn nog resterende banden met de OSF definitief door te snijden. De tekst van deze brief treft u hier aan. Later op diezelfde dag werd mijn vertrek bij de OSF gepubliceerd op de website van de NOS. Op zaterdagmorgen werd ik geïnterviewd door L1 Radio in Limburg. U kunt dat interview hier beluisteren.
Het OSF bestuur heeft het nog steeds niet begrepen. Op hun ledenvergadering werd het voorstel om de club van Van Rey lid te maken verworpen. Het bestuur verzuimde de enig mogelijke consequentie te trekken en trad niet af. Opportunisme, dilettantisme en een volslagen gebrek aan een maatschappelijke en politieke antenne zijn naar mijn mening geen ingrediënten waarmee men een serieuze politieke partij, of iets met die pretentie, kan besturen. Ook zonder een OSF lidmaatschap van Van Rey zijn mijn bezwaren tegen de OSF onoverkomelijk en definitief. Ik maak mijn termijn in de Eerste Kamer vol als Senator die onafhankelijk is van enige politieke partij, waarbij het woord ‘onafhankelijk’ ook daadwerkelijk betekenis heeft. Ik houd u via deze website op de hoogte.